top
terug
banner
Naar de Verenigingssite Naar Binnenvaarttaal

BINNENVAARTTAAL


de binnenvaart encyclopedie op internet


Aanvullingen en correcties zijn welkom.


Oude maten


In de diverse geschriften komt men nogaleens oude maten tegen. Ik heb getracht er zoveel mogelijk te verzamelen, maar de lijst is nog niet volledig.

Veel maten en gewichten op Verzameling O. van Vlijmen.

Meer maten en gewichten op Vaartips.nl.
Meer maten en gewichten op Wikipedia.


Men dient er rekening mee te houden, dat sommige maten in de loop der tijden andere waarden gekregen hebben.

Amsterdamse maten

~duim: 2,574 cm
~voet: 28,31 cm = 11 duimen
~vadem: 169,88 cm =  6 voeten
~roede: 368,07 cm = 13 voeten
~el: 68,781 cm

ENGELSE MATEN

~Eng. el: 91,44 cm = 1 yard
~Eng. duim: 2,547 cm = 1 inch
~Eng. voet: 30,56 cm = 1 feet
~Eng. Zeemijl: 1852 m = 1 minuut = 1/60 graad
~Eng. landmijl: 1609 m
~Engelse vadem: 182,9 cm = 2 yard = 1/880 landmijl

FRANSE MATEN
(Eind Franse tijd)
~duim: 1 cm
~palm: 10  cm
~el: 100 cm

RIJNLANDSE MATEN

~duim: 2,61 cm
~voet: 31,32 cm = 12 duimen
~vadem: 188 cm = 6 voet


WEZELSE MATEN

~duim: 2,452  cm
~voet: 29,42 cm = 12 duimen
Diverse bronnen stellen de Wezelse houtvoeten en duimen vrijwel gelijk aan de Amsterdamse voeten en duimen. Het verschil per voet zou slechts 0,5 mm in het nadeel van Wezel bedragen.


DIVERSE LENGTE MATEN

~Oude Zeemijl = 7407 m = 1/15 graad
~Kabellengte: 225 m
~Kabellengte: 180 m oude marine maat.
~Kabellengte: 185,2 m = 1/10 zeemijl, Oude zeevaart.
~Oude vadem: 185,2 cm = 1/1000 zeemijl.
~Oude vadem (2): de afstand tussen de toppen der middelvingers bij geheel gespreide armen.
~Oude Palm: ca. 1 handbreedte = ca. 8 cm

VOLUMEMATEN

~Ton: 1 kubieke meter.
~Ton: 200 liter turf, dus gelijk aan een vat ofwel een dubbele hectoliter.
~Vat: ca. 200 liter (dubbele hectoliter)
~Vat: Amsterdamse melkmaat: 29,04 liter.
Bron: W.H.C. Staring, De binnen- en buitenlandsche maten,.... Van Nooten,1902.

~Varken: watervat van ca. 200 liter.
~Kruiwagen: ca. 75 liter
~Vadem: volumemaat voor hout: 350 x 80 x 20 cm.
~Last (graan), Roggelast: ca. 3 kubieke meter. Zie ook verklaring.
~Kan (melk): ca. 4 liter.
Bron: H. Dessens, Nederlands Zeilende Binnenvaart. De Alk, Alkmaar 2007


GEWICHTEN

~Ton: 1000 kg.
~Last: 2000 kg. Voor 1830 echter nogal variabel. Ook wel een rogge-last genoemd, hetgeen tot verwarring kan leiden met de inhoudsmaat.
Zie ook last in de woordenlijst en in het bestand Vanadovv.
~scheepsvracht: ca. 17.700 kg, 27.000 kg of 20 Last. Zie ook scheepsvracht in de woordenlijst.
~Voer: ca. 40 Mud aardappelen. Zie verder in de woordenlijst bij voer.
~Zak zout: 100 Eng. ponden = 45,3 kg.
~Centner, crs: ca. 50 kg.
schippond vlas
: 148 kg.
schippond boter
: in Friesland 120 kg.
~Pond:
-pond symbool dit teken staat voor 1 pond of 500 gram.
P. le Comte schrijft over de bewapening van waterschepen o.a. "met twee stukken van 30 à 24 voorop". Voor zover mij bekend was 'pond' een vrij populaire eenheid om het kaliber van geschut aan te geven.
Elders schrijft hij echter: " dat zij twee ankers hadden met een gewicht van 25 ." Mij lijkt mij 25 pond wel een beetje weinig voor een anker. Een zetfoutje of was dat werkelijk zo?
- Oscar van Vlijmen merkt hierover op:"In 1817 werd officieel besloten dat de eenheid van lengte de elle was, ter grootte van 1 meter. De eenheid van gewicht werd het pond, ter grootte van 1 kilogram.
Zo werden er nog een stuk of 22 andere namen voor eenheden gedefinieerd. Het stomme was dat ze daarbij namen gebruikten die vòòr die tijd ook al in gebruik waren, maar hele andere waarden hadden. Ter verduidelijking werd vanaf 1820 het bijvoeglijk naamwoord 'Nederlandsch' toegevoegd, afgekort tot 'Ned.'."

-kg. Mogelijk rond 1 kg.
Le Comte schrijft over de Evers: zij hebben twee ankers van 56 à 86 van deze eenheid.


HANDELSMATEN VISSERIJ

~Anker (gewicht): vat met circa 50kg Ansjovis, Sardines, e.d.. Zie ook woordenlijst anker.
Bron: Van Dale's Handwoordenboek der Nederlandse taal 1946. Via Delpher.nl

~Anker (aantal): 3500 stuks ansjovis.
Bron: Peter Dorleijn, Van gaand en staand want, deel 3. Bunschoten - Spakenburg, Uitg. Van Kampen & zn, 1982. (H.C. Redeke)

~Baal: circa 100 kg mosselen. Zie ook Mosselton.
~Half tal: 100 haringen = ½ Tal. (Bron: zie tal.)
~Half wichie: 50 pond vis.
~Harington (vat, kantje): Inhoud 102 of 118 liter; gewicht ca. 100-115 kg. pekelharing. Zie verder bij woordenlijst: harington.
~Haringlast (gewicht): ca. 1600 kg. = 14 tonnetjes of 17 kantjes, haring. Zie verder bij woordenlijst: haringlast.
~Haringlast (inhoud): 17 x 118 = ca. 2000 liter = 2m³. Zie verder bij woordenlijst: haringlast.
~Haringlast (aantal) = 50 Tal = 10.000 stuks. Zie verder bij woordenlijst: haringlast.
~Kaakmand: inhoud ongeveer overeenkomend met 20 kg. nest.
Bron: Peter Dorleijn, Van gaand en staand want, deel 4. Harderwijk, Uitg. Van Kampen & zn, 1982.

~Kantje: houten harington met verse gekaakte en gezouten haring. De ton had een inhoud van ca. 102 of 118 liter. Zie verder bij woordenlijst: kantje.
~Koks(ie), te Amsterdam: bepaalde mand bevattende circa 15 kg garnalen.
Bron: Peter Dorleijn, Van gaand en staand want, deel 2. Volendam, Uitg. Van Kampen & zn, 1982.

~Kwarteel: een kwartdeel van de gangbare maat voor natte of droge waren of van vaten die zulks bevatten.
Bron: Historische woordenboeken op gtb.ivdnt.org.. Sterk verouderde term.

~Lit: platte rieten mand; circa. 25 kg. garnaal.
De Amsterdammer, 02-07-1927. | Algemeen Handelsblad, 03-11-1913. Beiden via Delpher,nl.

~Merkie: 25 pond vis.
~Mosselton: 100 kg.
Bron: Grootheden en eenheden in de landbouw en de biologie K.Schurer & J.C.Rigg, Wageningen 1980.

~Nestmand: inhoud overeenkomend met ongeveer 100 kg. nest.
Bron: Peter Dorleijn, Van gaand en staand want, deel 4. Harderwijk, Uitg. Van Kampen & zn, 1982.

~Tal: 200 haringen. Ca. 40 pond.
Bron: Peter Dorleijn, Van gaand en staand want, deel 1 + deel 5 Lemmer, Uitg. Van Kampen & zn, 1982.

~Tobbe (vis): ca. 20 kg.
Bron: Historische woordenboeken op gtb.ivdnt.org..

~Varrel: 50 haringen = ¼ Tal. (Bron: zie tal.)
~Vierendeel of vierling: 27,5 kg spiering.
Bron: Peter Dorleijn, Van gaand en staand want, deel 1 Inleiding. Van Kampen & zn, 1982.
.
~Wichie: 100 pond aal of bot.
Bron: Peter Dorleijn, Van gaand en staand want, deel 2. Volendam, Uitg. Van Kampen & zn, 1982.

~Zootje: 60-70 stuks ansjovis, spiering, e.d.
Bron: Peter Dorleijn, Van gaand en staand want, deel 1 Inleiding. Van Kampen & zn, 1982.
.

OVERIGE
:
~dagwerk: ca 12.500 turven.  (het aantal turven, dat een ploeg veengravers, d.i. 7 man, in één dag kon opleveren.)
~Stobbe: 10.000 stuks baggerturf.
Bron: F.R.Loomeijer: Met zeil en Treil, de tjalk in de binnen- en buitenvaart. Uitg. Alk, Alkmaar. 2de druk 1999

~Stok: ca. 30 turven.
~Schoft: deel van de werkdag. Meestal één-derde of één-vierde deel.




Sitemap

© 1997-heden; Pieter Klein, Amsterdam of de rechthebbenden van de opgenomen tekst- en afbeeldingsbestanden
De rechthebbenden kunnen niet aansprakelijk gesteld worden voor de gevolgen van het gebruik van deze site,
noch voor de gevolgen van het gebruik van de in deze site opgenomen links!
Deze site gebruikt cookies!
Zonder toestemming vooraf, is gehele of gedeeltelijke overname van enig deel uit 'Binnenvaarttaal' verboden! Veel inzenders zullen echter een verzoek tot het (her)gebruik van het getoonde materiaal inwilligen. (meer informatie)
Kopieën naar Facebook, Pinterest, en andere doorgeefluiken zijn echter niet toegestaan!

Deze site is geoptimaliseerd voor een resolutie van 1024x768 px.,

U wordt verzocht eventuele gebreken te melden!  (meer informatie)

Mijn dank gaat uit naar ALLEN, die mij met deze site helpen of geholpen hebben.

Pieter Klein:
Redacteur, auteur, ontwerper en webmaster.



Statistieken