Het haakeinde van een
pikhaak en een haak met
sluiting. Het metalen gedeelte van de pikhaak wordt door sommigen het
pikhaakbeslag genoemd. Het vooruitstekende deel is de
teen, het achterwaarts gebogen deel de
klauw. Het uiteinde dat men naar zich toegericht houdt is meestal voorzien van een ronde knop, een
druif , of een kleine dwarsklamp, een
jelt.
Foto: Pieter Klein, jaren negentig.(
groter formaat)
De pikhaak is een onmisbaar instrument aan boord van schepen, dat in de dertiende eeuw of eerder al gebruikt werd. Op schepen,
die te groot zijn om nog wat met handkracht uit te kunnen richten, is het
gedegradeerd tot een soort hengel waarmee o.a. over boord gevallen spullen
opgevist worden. Op kleine scheepjes kon met het schip er mee afzetten
of voortduwen en voort- of bijtrekken. Ook werd hij gebruikt om een
'
touwtje' over te geven of lussen rond of van
bolders te krijgen. Ook wordt verteld dat men er ruzies mee uitvocht! Meestal waren
er meerdere pikhaken aan boord, korte; ongeveer een meter of twee en lange; van
een meter of zes of meer. In de tijd van de zeilvaart werden lange pikhaken ook gebruikt
als
fokkeloet of als
rondhout
voor
bijzeiltjes
Een paar flinke sluitingen kan men, als het goed is, op elk schip aantreffen.
Men gebruikt ze voor uiteenlopende doeleinden. Het meest gebruikt worden
ze om
landvasten op
meerringen
e.d. vast te zetten. Een touw met een aangesplitste haak, een
haketouw, of een landvast
met sluiting en haak wordt, vooral door kleine schepen, eveneens gebruikt voor meerringen,
maar nog vaker voor
sluispotten en
muurkluizen
met een stang of kruis. Verder werden ze soms op kleine schepen, door de haak in een
spuigat te haken, ook gebruikt om landvasten te geleiden en om in het spuigat van andere schepen vast te haken, iets
wat vooral de schippers van
drinkwater-
en
olie(leur)boten vaak deden.
Haken en sluitingen werden ook gebruikt om de
strangen van de
sleepboot langs het schip te houden. Zie
brittelhaak.
Hedentendage lijkt men geen voorstander van pikhaken te zijn; prikken mag niet meer. De 'nieuwe' variant is niet echt nieuw, het materiaalgebruik, een aluminium legering, is dat wel.
Foto: Pieter Klein, Rotterdam, augustus 2011. (
groter formaat)
Voor wrijfhouten, stootwillen e.d. zie
Voor ladders, trappen, e.d. zie